De berekening van partneralimentatie wijzigt (mogelijk) in 2023

Bij de berekening van partneralimentatie rekenen we op dit moment nog met werkelijke woonlasten. Per 1 januari 2023 komt hier waarschijnlijk verandering in en gaan we rekenen met een forfaitair bedrag van 30% van het netto besteedbaar inkomen, net als bij de berekening van kinderalimentatie. In dit blog vertellen we je wat dat betekent.

 

Forfaitaire woonlasten bij berekening partneralimentatie

De Expertgroep Alimentatie (een groep familierechters die zich bezighoudt met alimentatiezaken) heeft geadviseerd om per 1 januari 2023 bij de berekening van de draagkracht voor partneralimentatie te gaan rekenen met forfaitaire woonlasten. De aanbevelingen van deze Expertgroep zijn officieel geen recht, maar de richtlijnen waarin deze aanbevelingen worden opgenomen (de Tremanormen), worden door rechters wel (vrijwel) altijd gebruikt.

 

Bij de berekening van kinderalimentatie werken we sinds 2013 al met forfaitaire woonlasten (eveneens 30% van het netto besteedbaar inkomen). Hier lag een aantal redenen aan ten grondslag:

 

  • Rekenen met forfaitaire bedragen is eenvoudiger. Dat is goed voor de voorspelbaarheid en rechtszekerheid.
  • Door met forfaitaire bedragen te rekenen voorkom je dat bij iedere wijziging in woonlasten een herberekening moet worden gemaakt.

 

Ten aanzien van de partneralimentatie komt hier nog bij dat het voor de hand ligt om bij beide alimentatieberekeningen van dezelfde woonlasten uit te gaan. Zo kan de situatie worden voorkomen dat een alimentatieplichtige met lage woonlasten geen kinderalimentatie hoeft te betalen, maar wel voldoende draagkracht heeft voor partneralimentatie. Een ongewenste situatie die we in de praktijk regelmatig tegenkomen, want kinderalimentatie gaat wettelijk voor op partneralimentatie.

 

Rekenvoorbeeld

Maar wat betekenen deze plannen nu eigenlijk concreet voor de draagkrachtberekening bij partneralimentatie? We geven je een rekenvoorbeeld.

 

Stel, je gaat scheiden. Jij verdient € 3.000,- netto per maand, je aanstaande ex-partner verdient € 900,- netto per maand. Dan is er een kans dat jij alimentatie moet gaan betalen. Daarvoor moeten we onder meer berekenen wat jouw draagkracht is. Stel nu dat je aan huur € 600,- kwijt bent en aan overige lasten € 1.000,-. Dan is jouw draagkracht nu:

 

60% van € 3.000,- - € 600,- - € 1.000,- = € 840,-

 

Vanaf 1 januari 2023 is je draagkracht waarschijnlijk:

 

60% van € 3.000,- - € 900,- (30% van € 3.000,) - € 1.000,- = € 660,-

 

Hierdoor zal je waarschijnlijk minder alimentatie hoeven te betalen.

 

Andersom, in het geval dat je woonlasten in werkelijkheid hoger zijn dan 30% van je netto besteedbaar inkomen, zal er waarschijnlijk niet veel wijzigen. In de praktijk zullen je woonlasten dan namelijk al beperkt zijn tot 33% van je netto besteedbaar inkomen.

 

Werkelijke woonlasten

Maar wat nu als je alimentatiegerechtigde bent en jouw ex-partner veel minder aan woonlasten kwijt is dan die 30%? Is het dan mogelijk om bij de berekening van partneralimentatie tóch rekening te houden met zijn of haar werkelijke woonlasten?

 

De kans is groot dat rechters hierbij net zo terughoudend zullen zijn als bij kinderalimentatie. Ten aanzien van kinderalimentatie heeft de Hoge Raad, het hoogste rechtscollege in Nederland, namelijk bepaald dat alleen rekening gehouden moet worden met de werkelijke woonlasten als niet geheel in de behoefte van het kind/de kinderen kan worden voorzien en de werkelijke woonlasten van de betrokken ouder duurzaam aanmerkelijk lager zijn dan het forfait. In dat geval moet de rechter nagaan of toepassing van de werkelijke woonlasten zou leiden tot een hogere kinderalimentatie. Als dat zo is, moet de rechter een hoger alimentatiebedrag opleggen óf motiveren waarom hij daarvan afziet.

 

Als we deze redenering doortrekken naar de partneralimentatie, dan zal het ook alleen in uitzonderlijke gevallen mogelijk zijn om bij de berekening van partneralimentatie rekening te houden met de werkelijke woonlasten. Bijvoorbeeld in het geval dat de alimentatiegerechtigde op basis van de Tremanormen geen recht heeft op partneralimentatie, terwijl de alimentatieplichtige duurzaam en aanmerkelijk lagere woonlasten heeft dan het forfait.

 

Vragen?

Heb je hier vragen over of wordt het weer eens tijd om een herberekening te laten maken? Neem dan gerust vrijblijvend contact met ons op. We helpen je graag!